FAQ

Wettelijk kader
De inlichtingendiensten zijn onderworpen aan verschillende wetten en moeten het hun opgelegde juridisch kader respecteren.

De opdrachten en bevoegdheden van de inlichtingendiensten zijn vastgelegd in de organieke wet houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten van 30 november 1998.

De wet van 4 februari 2010, betreffende de methoden voor het verzamelen van gegevens, bekend als de “BIM-wet”, is ook essentieel voor de werking van de inlichtingendiensten.

Ze werd uiteindelijk geïntegreerd in de wet van 30 november 1998.

Inlichting cyclus
De ADIV verwerkt ruwe data die hij via verschillende kanalen/capaciteiten verzamelt. Vervolgens leidt hij hieruit betrouwbare en nuttige inlichtingen af die aan de behoeften van zijn klanten aangepast zijn en tijdig geleverd worden. Dit proces omvat verschillende stappen die gebruikelijk met de term inlichtingencyclus aangeduid worden.

De inlichtingencyclus is een methodisch en continu proces dat start met het vaststellen van de inlichtingenbehoeften. Met andere woorden, op welke vraag wenst men een antwoord te geven.

Nadien volgt de eigenlijke informatiegaring door middel van verschillende (menselijke en/of technische) verzamelingsmethoden.
De aldus bekomen informatie wordt verwerkt en geanalyseerd door specialisten om er zo de gewenste inlichting(en) uit te halen.

Tot slot worden ze aan de « klanten » die ze nodig hebben meegedeeld.
Het komt regelmatig voor dat de « klant » een nieuwe aanvraag doet op basis van eerder verkregen inlichtingen en/of dat de informatieanalist aanvullende informatie nodig heeft om zijn product te perfectioneren en te finaliseren. Hierdoor wordt de cyclus opnieuw opgestart.

Politiek kader
ADIV verstrekt inlichtingen en geeft advies aan de regering betreffende het veiligheids- en defensiebeleid. De prioriteiten, keuzes en beslissingen van onze beleidsmakers zijn richtinggevend voor het werk van de ADIV.

De Nationale Veiligheidsraad (NVR) speelt daarbij de belangrijkste rol.
Het Coördinatiecomité voor Inlichting en Veiligheid (CCIV) vertaalt vervolgens het algemene beleid en de prioriteiten van de NVR in actieplannen en concrete voorstellen en legt deze voor aan het Strategisch Comité voor Inlichting en Veiligheid (SCIV). Het SCIV onderzoekt ze vooraleer ze door te geven aan de NVR. De ADIV zetelt in elk van deze organen.

De plannen voor informatiegaring die de Dienst opstelt, worden ook ter goedkeuring voorgelegd aan de minister van Defensie. Die plannen omvatten zowel de gebieden en/of fenomenen die in het oog worden gehouden als de hiervoor bestemde en toegestane middelen.

De Nationale Veiligheidsraad heeft eind 2018 ook het Nationaal Strategisch Inlichtingenplan (PSNR) goedgekeurd.

Dat plan werd gezamenlijk door de ADIV en de Veiligheid van de Staat opgesteld en officialiseert de versterkte samenwerking tussen beide diensten, zowel op het terrein als wat de beschikbare middelen betreft.

Contrôle
Het Vast Comité I is belast met de controle op de activiteiten en de werking van de Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid.

De controle slaat in beginsel zowel op de rechtmatigheid (de controle op de naleving van de ter zake geldende wet- en regelgeving) en de doelmatigheid (de controle op de efficiëntie van de inlichtingendiensten), als op de coördinatie (de onderlinge afstemming van de werking van de betrokken diensten).

Het Comité I is ook belast met de controle op de gemeenschappelijke gegevensbanken terrorist fighters en haatpropagandisten, en dit samen met het Controleorgaan op de politionele informatie (Comité P).

Ten slotte werd het Comité I in 2018 aangesteld als Bevoegde toezichthoudende autoriteit . In deze hoedanigheid ziet het toe op de naleving van de regels inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer bij tal van diensten en personen die gegevens verwerken in het kader van de ‘nationale veiligheid’.